Het begon allemaal in de supermarkt toen mijn zoontje een Hello Kitty drinkbeker in zijn handen had. Ik had hem net opgehaald van de peuterspeelzaal en vol goede moed nam ik hem mee naar de Action. Hij pakte die beker van de plank.
“Mag ik dees hebbu mama?”
Die grote ogen keken me aan en verdomme, als ik nou maar net zo sterk als zijn vader was geweest en niet toe had gegeven…
“Okay” zei ik “voor deze ene keer dan”.
En natuurlijk, een paar gangen verder besloot mijn lieve kleine monster dat het misschien wel eens leuk zou kunnen zijn om met zijn nieuwe Hello Kitty beker op mijn vingers te slaan. Niet één keer, maar gewoon door blijven gaan.
En me dan zo aankijken:
Ik probeerde: “Hey, stop daarmee”
Ik probeerde: “Dat doet pijn, leg die beker weg”
En: “Lieverd, we gaan elkaar niet slaan met Hello Kitty bekers”
En toen,
ik raapte al mijn moed bij elkaar en sprak de woorden:
“Als je me nog één keer met die beker slaat, dan leg ik hem terug en ga ik hem niet voor je kopen”.
Maar diep van binnen voelde ik me eerder zo:
Als je dit leest en je voelt mijn angst dan heb je waarschijnlijk ook wel eens een ultimatum aan je peuter gegeven.
We keken elkaar aan, de tijd leek even stil te staan. We daagden elkaar uit de volgende stap te nemen…
Langzaam hefte hij zijn beker en terwijl hij oogcontact bleef houden sloeg hij keihard met de beker op mijn hand. Ik zweer het je, ik denk dat ik hem zelfs hoorde fluisteren:
“laten we eens kijken hoe sterk jij bent mevrouwtje”.
Iedere moeder met een peuter weet dat dit een alles bepalend moment in je leven is.
Want je weet dat je nu moet doorzetten en consequent moet zijn. Als je dat niet bent dan weet je zeker dat dat kind tot zijn 28ste op je zolderkamer zal blijven wonen.
Je weet wat je te doen staat, maar toch, je voelt je alleen en bent bang.
Maar dat liet ik natuurlijk niet merken. Heel rustig pakte ik de Hello Kitty beker uit zijn vuistjes en zag hoe hij ontplofte als een peuterformaat handgranaat.
De intensiteit van zijn gevoelens voor die roze Hello Kitty beker waren onbegrensd.
Hysterie, Drama, Schreeuwen.
Het zou verplichte kost tijdens de studie ontwikkelingspsychologie moeten zijn: Pak een waardevol item af van een peuter.
Ik verliet het slagschip, liet mijn boodschappen achter in de derde gang en droeg mijn kind, schoppend, gillend, met snottebel en al onder mijn arm de winkel uit.
Zette hem in zijn autostoeltje, deed zijn riem om en reed weg.
Nadat ik het parkeerterrein had verlaten draaide ik me om, klaar om alle dingen te zeggen die je niet en plein public kunt zeggen en…
de kleine rotzak was in slaap gevallen!!!
Gewoon compleet in coma, met het snot nog op zijn gezicht.
WTF???!!!
Ik dacht bij mezelf:
Waarom ik je dit allemaal vertel? Geen idee. Misschien om je te laten weten dat je niet de enige bent. Peuters zijn soms gewoon wandelende middelvingers die met een Edding op je muur tekenen.
Ze kunnen een leuk middagje winkelen verpesten, enkel en alleen omdat hun gevoelens het equivalent van een ontploffende ster zijn.
Het kan ze ook geen fuck schelen!
Ze vinden het gewoon leuk om het bloed onder je nagels vandaan te halen.
Hou vol moeders met peuters. Uiteindelijk halen we allemaal de eindstreep. Er breekt een tijd aan dat ons leven een stukje voorspelbaarder wordt omdat we niet meer zoveel rekening hoeven te houden met een levende tikkende tijdbom.
Tot die tijd: Pas op jezelf en geeft een andere moeder een blijk van solidariteit als je ziet dat haar peuter haar leven aan het verzieken is.
Uitgelichte foto “peuterpuberteit” Door Nadya Eugene/Shutterstock
Comments are closed.